De noordelijke reis van de Wulp

Joost Geise voer samen met zijn vrouw aan boord van de Wulp, een lemsteraak van 15 meter, van Tallinn (Estland) via het Götakanaal in Zweden terug naar Nederland. Hier lees je het eerste deel van hun reis tot aan het Götakanaal.

Door Redactie | 11 augustus 2021

Wulp Aak Kustzeilers

De noordelijke reis van de Wulp

Door Redactie | 11 augustus 2021

Advertentie

Kustzeiler Joost Geise zeilt met Wulp, zijn Lemsteraak, verder dan de meeste platbodemeigenaren. Over de reis schreef Joost een artikel voor de Nederlandse Vereniging van Kustzeilers. Dit artikel mogen we namens die vereniging aan onze lezers aanbieden.
Tekst en foto’s: Joost Geise

Lemsteraak de Wulp

De Wulp is in 1912 door de werf Gebr. De Boer in Lemmer als luxueus lemsteraak-jacht gebouwd, als eerste van een serie van vier vrijwel identieke 15 m lemsteraak-jachten die als de mooiste gelden en waarvan De Groene Draeck is afgeleid.

Meer dan de helft van haar varend bestaan heeft zij in het buitenland gevaren, lang vanuit Antwerpen, maar ook van 1970-1986 in Amerika: de eerste jaren in het Caribisch Gebied (Maagdeneilanden), en daarna vanuit San Diego, de zuidpunt van Californië. Daar is het schip volstrekt verwaarloosd: het antieke interieur werd verwijderd (maar gelukkig wel op zolder opgeslagen!), en kreeg het kimkielen en een dubbele huid. Na terugkeer in Nederland in 1987 begon een restauratie, die in de praktijk in een sloopfase eindigde. In 1989 kocht ik haar als wrak in Sappemeer en begon een algehele restauratie bij jachtwerf Stofberg in Enkhuizen. De Wulp was, met veel van het oorspronkelijke interieur, precies op tijd gereed om deel te nemen aan Sail Amsterdam 1990, tezamen met haar zusterschepen Salamander en de Onrust, die beide eveneens nog in Nederland varen.

Sindsdien hebben we intensief met De Wulp gevaren, van 2013 – 2019 vrijwel steeds in de Oostelijke Oostzee, met onder meer een tocht met de Kustzeilers naar St. Petersburg in 2013 voor de viering van het 400-jarig bestaan van de Russisch-Nederlandse betrekkingen. Helaas zullen we inmiddels van De Wulp afscheid moeten gaan nemen vanwege onze gevorderde leeftijd van 75+. Met veel emoties, maar ook uitkijkend naar een (vanzelfsprekend!) klassiek motorschip waarmee we ongetwijfeld weer mooie nieuwe herinneringen gaan maken. 

Wulp Aak Kustzeilers Barösund
De Wulp aan een mooring bij Barösund

Het eerste deel van de reis van Tallinn naar Nederland

Eind augustus 2019 liep onze lemsteraak De Wulp (15 m; uit 1912) bij Lauwersoog Nederland binnen als afsluiting van vier achtereenvolgende vaarseizoenen in de Oostzee, gestart in juni 2016. Het eerste seizoen ging via de kusten van Duitsland, Polen, Litouwen, Letland en de Golf van Riga naar Tallinn. In 2017 en 2018 voeren we rond de Finse zuidkust, met in beide jaren een uitstapje naar het Saimaa-meer op de grens van Finland en Rusland voor het jaarlijkse operafestival in Savonlinna. Ook die jaren overwinterden we in Tallinn.

Dit seizoen wilden we terug naar Nederland voor noodzakelijk onderhoud. Met daarbij – voor de eerste keer – dwars door Zweden via het Götakanaal. Ondanks de bijnaam Scheidingskanaal, vermoedelijk vanwege het grote aantal sluizen (64), wilden we dit toch eens meemaken.

Wulp Aak Kustzeilers
Via de groene route in 2016 naar Tallinn en in 2019 via de rode route terug naar huis.

Op 3 juni vertrek uit Tallinn en via Barösund naar Ekenäs aan de Finse zuidkust. Daar bleek de Zweedse (!) marine oefeningen te houden, zelfs herkenbaar op de AIS. Steun voor Finland, dat immers geen lid is van de NAVO, en als signaal naar Rusland?

Kustwacht controles

Noord van Hangö, de zuidwestpunt van Finland, verschijnt op tegenkoers een inspectievaartuig van de Finse Kustwacht. Even later draait deze om, inspectie aan boord, en als eerste vraag waar we vandaan kwamen. Vermoedelijk vonden ze het vreemd dat een Nederlands schip al zo vroeg in het seizoen in Finland voer. Met onze verklaring – overwintering in Tallinn – klaarde de sfeer meteen op, mede omdat ze in het schip geen vluchtelingen tegenkwamen. Het bezoek eindigde met hun verzoek foto’s van ons klassieke interieur te mogen maken. Natuurlijk!

Wulp Aak Kustzeilers Kustwachtcontrole Hangö
Kustwachtcontrole bij Hangö, Finland

De tocht ging verder via Åland – hoofdstad Mariehamn. Daar hadden we onze eerste zomerstorm met Oost 8 Bft. Maar verdubbelde landvasten gaven voldoende zekerheid. 

Vanuit Mariehamn kwamen we Zweden binnen bij de veerhaven Kappelskär, met daar onze 2de Kustwachtcontrole, nu door de Zweden. De twee charmante Kustwachtdames in hun rib waren pas tevreden na intensieve controle van onze paspoorten. Misschien wordt er inmiddels toch sterker gesurveilleerd op de pleziervaart vanuit zee. We meerden af in Furusund, pal aan de vaargeul voor de ferry’s tussen Stockholm en Finland/Estland.

Stockholm en omgeving

Een weekje Zweedse scheren, via Sandhamn (bekend van de gelijknamige crimi-serie), Vaxholm (imposant kasteel) en Gustavsberg (porceleinfabriek) bracht ons voor het Midzomerfeest in het centrum van Stockholm, met een ereplaats aan het voormalige Marine-eiland Skeppsholmen. Prachtige plek, en logistiek handig voor onze bemanningswisseling. Daarvandaan naar het westelijk gelegen Mälaren merengebied. Met stadjes als Mariefred (Gripsholm kasteel met de grootste Nationale Portretgalerij van Zweden), Strängnäs met de grote kathedraal, en Birka op het eilandje Björkö, waar in de 8ste en 9de eeuw de Vikingen hun (roof)tochten tot aan Rusland en het Midden-Oosten begonnen. Birka is inmiddels Werelderfgoed.

Eind juni werd het tijd voor het Götakanaal. Eerst zuidwaarts via Södertälje en Trosa naar Nyköping. Via Arkösund arriveerden we op 28 juni bij het gehucht Mem, 20 mijl west van Arkösund. Hier is de eerste sluis van het Götakanaal.

Götakanaal

Soms wordt de term Götakanaal gebruikt voor de gehele 210 mijl (4 x het Kielerkanaal) lange waterroute tussen Mem en Göteborg. Maar feitelijk is dat niet correct. Want vanaf Göteborg gezien is het westelijke deel (45 mijl) van het “Götakanaal” een rivier, de Göta Alv, die via het Trollhättekanaal verbonden is met het Vänernmeer. Het Vänern is het grootste meer van Zweden, ruwweg 5 maal het huidige IJsselmeer. Pas tussen het Vänern en het Vättern-meer (circa 2 x IJsselmeer) loopt het westelijke deel (35 mijl) van het echte Götakanaal, met het hoogste punt circa 92 m boven zeeniveau. Het oostelijke deel van het Götakanaal (50 mijl) loopt vanaf het Vättern tot aan de Oostzee, via kleinere meren zoals het Boren- en het Roxenmeer. Dus slechts minder dan de helft van het “Götakanaal” is gekanaliseerd, en een fors deel behoort niet tot het Götakanaal zelf.

Wulp Aak Kustzeilers Routekaartje Götakanaal
Routekaartje Götakanaal
Wulp Aak Kustzeilers Hoogtekaartje Götakanaal
Wulp Aak Kustzeilers Hoogtekaartje Götakanaal

De 58 sluizen van het Götakanaal zijn alle op leeftijd, de meeste rond de 100 jaar oud. Ze zijn ook  primitief: bij een gemiddeld verval van 2,5 – 3 m hebben ze geen afmeerpunten in de sluismuren, slechts ringen aan de bovenzijde. Dit betekent dat een schip dat omhoog wil schutten eerst een bemanningslid bij de sluis moet afzetten. Die loopt vervolgens met twee lijnen met het schip mee de sluis in, bevestigt daar de lijnen om de ringen en stapt pas weer aan boord bij de laatste sluis van het setje. Want vaak zijn er meerdere sluizen meteen na elkaar (“sluistrap”), soms 5 en zelfs 7 sluizen achter elkaar.
Ook het schutten gaat verre van subtiel: het instromende water lijkt veel op een kleine waterval. De voorgeschreven procedure is daarom: achterlijn zo verticaal mogelijk vastzetten, en niets meer aan doen, de voorlijn een halve scheepslengte naar voren, en die lijn via een blokje naar de scheepslier in de kuip brengen om deze in te lieren bij het stijgen van het water. Dat lijkt simpel, maar dan moet je wel lieren hebben. En die zitten niet op De Wulp. Ik had dus visioenen van staande op het voordek 29 ton massa aan een lijntje te bedwingen. Hetgeen me niet eenvoudig leek.

Wulp Aak Kustzeilers Sluis
De sluizen gaan open…


Onze oplossing was een derde lijn als voorspring te monteren, met als idee dat door het stijgen van het water telkens één van die voorlijnen wat speling zou krijgen en vervolgens zonder veel problemen kon worden ingehaald. Dat bleek uitstekend te werken, en we kregen veel complimenten van het sluispersoneel dat dit nog niet eerder had gezien. Bij het schutten naar beneden volstaat de lijnen dubbel te nemen en rustig te vieren.
Bijkomend voordeel met De Wulp bleken onze afmetingen. De sluizen hebben vrijwel identieke maten: 32 bij 7,5 m. Omdat De Wulp ruim 5 m breed is (inclusief stootwillen), en met roer en getopte kluiverboom 17 – 18m lang, kon er geen schip naast, en eigenlijk ook geen schip er achter. Waardoor we vrijwel altijd als enige werden geschut. Maakte de schuttijd ook weer veel korter.

Wulp Aak Kustzeilers Sluis
Met een voorspring gaat het gemakkelijker…

Deel 2 van de reis lees je hier!

Kustzeilers
Dit verhaal verscheen eerder in het jaarboek van de Nederlandse Vereniging van Kustzeilers. De actieve vereniging is zo’n 700 leden sterk en heeft een gedeelde passie voor zeezeilen, kennisoverdracht en goed zeemanschap en heeft het hele jaar rond een uitgebreid en divers evenementenprogramma. Meer informatie vind je op Kustzeilers.nl.

Meer lezen van de Kustzeilers

Lees meer zoals dit:

Vond je dit mooi? Deel dit verhaal dan met je vrienden:

Laat een reactie achter





Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

Schrijf je in op de nieuwsbrief

!
!
Terms and Conditions checkbox is required.
Something went wrong. Please check your entries and try again.

Uitgelicht:

Nieuw in Toerzeilen:

Laat een reactie achter





Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.