Advertentie
Met twee nieuwe vrienden stapt Jeroen in Portugal aan boord van de Yannou. Een catamaran die ze van Portugal naar de Caribische Eilanden gaan brengen. Drie mannen, zestigers, die elkaar nauwelijks kennen, wekenlang samen op een boot. Jeroen vertelt in dit dagboek hoe dat verloopt. Hierbij deel 1.
4 november – Richting de boot
Vanochtend om 05:00 opgestaan. Nu in de trein van Lesparre naar Bordeaux. Grijze lucht, regen en harde wind. Ik ben benieuwd of het vliegtuig naar Faro vertraging heeft. Af en toe op ShipTracking kijken naar de Yannou, die nog steeds rustig ligt te dobberen voor de haven van Faro. Morgenvroeg varen we af van Portugal naar de Caribische eilanden. Eerste stop: de Canarische Eilanden. Alle drie zijn we zestigers, en vanaf onze eerste ontmoeting, een maand geleden, klikte het eigenlijk direct, alsof we al lange tijd vrienden waren. De komende weken aan boord zal blijken of dat ook zo blijft. De meest noodzakelijke kleding, medicijnen, Leatherman, iPad met 60 films, muts, regenjack, kobo ereader zitten in de ‘sac de marin’. Onderweg zal blijken wat ik eigenlijk mee had moeten nemen en wat niet. Ik wilde zo ligt mogelijk reizen met weinig kleding, want in de Caraïben heb je niet veel nodig, met continue temperaturen rond de 30 graden. We gaan het zien, ik heb er zin in!5 november – De vertrekdag
De bedoeling was vandaag te vertrekken. Aan boord is een nieuwe satelliettelefoon, die moet voor vertrek geïnstalleerd worden zodat we op zee actuele weerkaarten kunnen ontvangen. Toen Vincent, de captain, hem kocht, werd hem verteld dat de installatie een fluitje van een cent was. Niet dus, van 9 uur ’s ochtends tot een uur of 4 ’s middags heb ik op dat ding zitten pielen voor ik hem aan de praat had. Bleek dat hij eigenlijk vrij nutteloos is voor het doel waar Vincent hem voor gekocht had; het onderweg downloaden van de weerkaarten. Hij kan maar weinig kb’s aan waardoor downloaden heel lang duurt. Het is ook nog eens te kostbaar en er zat niet het goede abonnement bij. We zijn daarop voor anker gegaan bij een visserseilandje voor de kust bij Faro en hebben de eerste nacht aan boord geslapen. Het werd een heel stille nacht in de lagune voor Faro. De volgende ochtend hebben we goed ontbeten, de zeilen gehesen en koers gezet richting Madeira. In de loop van de ochtend kregen zowel Victor, die meereist tot de Canarische eilanden, als ik last van een onstabiele maag toen we eenmaal goed buitengaats waren. Heb uit voorzorg twee anti zeeziekte tabletten genomen. Tien minuten later lag het glas cola dat achter de pillen aangegaan was, over de railing. Het is de eerste keer dat ik aan zeeziekte lijd, waarschijnlijk wordt het niet de laatste keer. Gelukkig gaat het hierna prima.6 november – Het ritme aan boord
De eerste nacht zeilend zijn we goed doorgekomen. Victor kon vanwege de zeeziekte niet meedoen aan wachtlopen, dus Vincent en ik namen de honneurs waar. We wisselden om de twee tot drie uur van wacht. Tijdens de wacht kijken we of de zeilen goed staan, houden we de radar in de gaten en checken we of de wind niet draait. Het is een mooie dag met een pittig windje van rond de 20 tot 30 knopen en golven van zo’n 7 meter. Een catamaran gedraagt zich significant anders dan een monocoque. Die laatste glijdt lekkerder door de golven, terwijl een catamaran een beetje alle kanten oprolt. Dat is geen pretje voor zielen bij wie het aan zeebenen ontbreekt. Vincent, de captain, is zeer gebrand op een schoon schip en verwijderd waar dan ook ieder kruimeltje, vlekje en druppeltje. Heel fijn, want zo houd je het zeer leefbaar aan boord. We koken spaghetti met een saus van tomatenpuree, ui, knoflook, champignons en een soort vega-burger er doorheen. Een gruwel in het oog van de captain, maar hij wist het niet en heeft er heerlijk van gesmuld. Voor hem is de ‘l’apéro à midi‘ heilig, met altijd een glas (of 2) drank erbij.7 november – Vermoeiende nachten
De nachten zijn vermoeiend: met deze zeegang dreunt het water regelmatig keihard tegen de onderkant van het schip en de drijvers, hierdoor lijkt het soms alsof we tegen een verlaten container aan varen. Victor vertelde dat hij de eerste nacht werkelijk dacht dat zijn laatste uur geslagen had en we het niet zouden overleven. Terwijl hij die nacht doodsangsten uitstond, zaten Vincent en ik slap te ouwehoeren over het leven, vrouwen, drank, relaties en wat ons als pensionado’s zoal bezighoudt. Het is maar wat zich tussen je oren afspeelt. Tijdens de tweede wacht ging het voor mij mis. De captain lag binnen op de bank te slapen en ik liep wacht. Instrumentarium in de gaten gehouden, wind gecheckt en een radar check: geen boten zichtbaar de komende paar uur. Dus, lekker binnen gaan zitten en doen waar ik heel snel aan gewend ben geraakt: hoe dan ook en waar dan ook, liggend of zittend: in slaap vallen. Na een half uurtje zittend in dromenland doorgebracht te hebben, vraagt Vincent naar de stand van zaken. Ik ga rechtop zitten, maar wordt dan acuut kotsmisselijk. Die misselijkheid hield vol tot het moment dat we, twee dagen later, aan land gingen op Porto Santo.8 november – Zeebenen?
Hetzelfde weer, dezelfde wind en dezelfde golven, af en toe ruim 6 meter. De captain heeft de afgelopen nachten niet in zijn kooi maar op een bankje binnen hazenslaapjes gedaan. Zeer sympathiek want hij wilde zijn zeezieke bemanning niet aan hun lot overlaten.9 november – Weer aan land
Heb de dag eigenlijk een beetje sprakeloos en bleekjes doorgebracht. Hing ook nog even over de railing, maar had sinds de avond ervoor al niets meer gegeten. Een bijkomend euvel is het feit dat als je dagelijks medicijnen moet innemen, het niet handig is als je telkens alles er weer uit gooit. Er is een flinke zeegang terwijl we afstevenen op Porto Santo. We besluiten daar voor anker te gaan (komen er rond 16:30 aan) omdat we anders bij Madeira in de nacht aan moeten meren. Porto Santo is een vulkanisch eilandje van niks maar ze hebben er wél een vliegveld én een café-restaurant in de haven. Ook is er een dorpje, maar dat hebben we links laten liggen. Eenmaal op de kade werd ik bijna nóg misselijker: het leek of het hele eiland op en neer én heen en weer ging. Na een biertje op het terras, een glas witte Portugese wijn en een verrukkelijk bereide Polpo, ging het rap beter. Het terras is een heerlijk schouwspel: zeilers uit alle windstreken, waarvan één stel eruit sprong: Zij keurig gekleed, rok en gecoiffeerd. Hij tegen de zestig, rommelig haar dat er uit zag alsof het al geruime tijd geen douche had gezien, een bandana er omheen en verder een overleden t-shirt en short aan. Ze zitten beiden aan een glas jus, later begrepen we dat het behoorlijk aangevuld was met Rum. Of Wodka, dat kon hij niet precies meer vertellen. Die nacht heb ik zalig geslapen in een verder zeer kalme haven. Tekst gaat verder onder de foto galerij10 november – Naar Madeira
Vanochtend fris wakker geworden en bij zonsopkomst opgestaan. Rond 10 uur zijn we afgevaren richting Madeira. Als ontbijt vier eitjes gebakken met geraspte kaas en gedroogde uitjes op een broodje. Onze dagelijkse bezigheid is het bekijken van alle mogelijke weer-apps om te zien óf we richting Canarische Eilanden kunnen varen en zo ja, wanneer. Dit is namelijk allemaal afhankelijk van het weer. De eitjes houden zich prima gedeist, terwijl we onderweg zijn hebben we ook nog Mohama de atún, gedroogde tonijn met olijfolie, oregano en een paar plakjes kaas gegeten, heerlijk! Nog 4 zeemijl en dan zijn we bij Madeira.12 november – Op Madeira
We varen voor de wind op een snelheid van 7 knopen, windkracht is 26 knopen en de golven zijn zo’n 2,5 meter. We laten Quinta Do Lorde, Madeira alweer achter ons. Hier lagen we in een kleine haven bij een privé resort dat geheel in Amerikaanse stijl is opgetrokken. Met uitgebreid zwembad en een restaurant aan de haven waar de obers keurig rondlopen met een zwarte broek, wit overhemd en zwarte vlinderdas. De Portugese keuken is een waar genot, met veel vis, heerlijke schaaldieren, een kleine cheesecake toe en dat alles met een lekker glas Douro. Gisteren zijn we met z’n drieën per stadsbus naar Funchal gegaan, een rit van bijna een uur met chauffeur die iets te veel naar Max Verstappen heeft gekeken. Daar hebben we heerlijk geluncht, niet lokaal, maar toch; sushi en sashimi. Ik moet nog altijd wennen aan de Franse gewoonte om op de raarste momenten van de dag te roepen: apero! Om vervolgens een paar biertjes of wijn achterover te kiepen. Of worden alle zeelui uiteindelijk zo? We hebben drie traditionele Portugese mutsjes aangeschaft, kleurrijk en met een soort lont bovenop. We hadden geen idee wat daar de bedoeling van was, vroegen of die lonten wellicht aangestoken moesten worden. Blijkt een hele andere betekenis te hebben: De mannen dragen deze mutsjes als er gedanst wordt, is de man onder het mutsje bezet, dan zit er een krul in de lont. Wanneer de lont rechtop staat is hij vrijgezel. Hoe dan ook, wij liepen er mooi voor lul bij. We kregen veel lacherige blikken van dames van gemiddelde leeftijd en hier en daar een opgestoken duim van een aantal jonge gasten die er wel om konden lachen. Nadat we nog even gezocht hebben naar een winkel met zeil-benodigdheden, er gaat tenslotte altijd wel iets stuk aan boord, namen we de bus terug. Terug in de haven nog wat gegeten en daarna heerlijk onder zeil. Het is overigens wonderbaarlijk hoe snel je systeem zich aanpast aan de omstandigheden: waar je thuis van ieder geluid wakker wordt, kost het hier weinig moeite om door de kakofonie van geluiden heen te slapen. Het klapperen van de zeilen, het kraken van de boot, de dreunen van golven die tegen de onderkant van de catamaran aan knallen, het zoemende geluid van de autopilot die zo ongeveer net onder mijn kussen is gemonteerd, de wind; kortom, een orchestral manoevres in the dark. Als we onderweg zijn valt het wachtlopen mee. Ook hier is het bijzonder om te merken dat als je eenmaal moe bent, je in staat raakt om in welke positie dan ook, zittend, hangend, met een elleboog op de tafel en de andere in een rare hoek over de rugleuning van de bank, hazenslaapjes te doen die verrassend verfrissend werken. We zijn met zijn drieën, maar aangezien Victor – de arme ziel – continue zeeziek blijft, lopen Vincent en ik de wachten. Meestal zo’n 2,5 tot 3 uur, langer blijkt niet goed te werken. Vincent slaapt eigenlijk alleen maar op het zitbankje in de kajuit, nacht of overdag, maakt niet uit. Hij eet zoals hij slaapt: hier en daar kleine snacks, wanneer het hem uitkomt.13 November – Midden op de oceaan
Positie: 29 29 567 N, 16 21 555 W. Ofwel ergens midden op de oceaan tussen Madeira en Tenerife, waar we vanavond zo rond 20:00 aan hopen te komen. Victor hebben we niet meer gezien sinds gisteravond. Het moet vreselijk voor hem zijn, deze vuurdoop; hij is vanaf ons vertrek uit Faro, 8 dagen geleden, alleen in goede doen geweest in de haven. Onderweg hebben we nog geen dolfijnen, walvissen, haaien of tonijn gezien. Ook qua schepen is het hier in de buurt opvallend rustig. Het begint mij ook duidelijk te worden waarom zoveel zeelui aan de drank zijn. Vanochtend om 10:00 riep de captain het magische woord “apero!” Waarop we even later aan de pistachenoten en witte wijn zaten. Niet verstandig om daar een vaste gewoonte van te maken. We varen voorspoedig, 7kts, wind NNO 20kts, grootzeil op 2e rif, genua vol uit. En Victor geeft weer een teken van leven, hij is net met tandenborstel in de hand uit zijn kooi gekropen! Dit was deel 1 van de reis van Portugal naar de Caribische Eilanden. Benieuwd of Victor de volgende keer langer boven blijft? Binnenkort meer fragmenten uit het dagboek van Jeroen!Lees ook:
Lees ook deze nieuwe Zeilwereld Verhalen:
Vond je dit mooi? Deel dit verhaal dan met je vrienden:
2 reacties
Laat een reactie achter
Schrijf je in op de nieuwsbrief
Uitgelicht:
Nieuw in Toerzeilen:
2 reacties
-
Mooi verhaal en leuk geschreven!
-
Genoten van dit levendige, beeldrijke verhaal! Ik verheug me nu al op deel twee..
Mooi verhaal en leuk geschreven!
Genoten van dit levendige, beeldrijke verhaal! Ik verheug me nu al op deel twee..