Pitou op wereldreis: Schip uitrusten voor wereldreis
Door Liselotte & Machiel Hermans | 21 april 2020
Advertentie
Een schip uitrusten voor een wereldreis is een hele onderneming. Wat wil je wel aan boord en wat niet. Wij zijn inmiddels ruim 1,5 jaar onderweg met Pitou. Deze keer kijken we terug op een aantal uitrustingskeuzes die we gemaakt hebben. Waar zijn we blij mee en waarmee niet.
Tekst door: Machiel HermansLees hier het eerdere verhaal vanaf Pitou over de creatie van een droomboot
Het stuurhuis
We zijn heel erg tevreden over de keuze een stuurhuis te bouwen op ons schip. Je zit hiermee namelijk altijd lekker beschut tegen de zon, wind, kou of regen. Ook heb je rondom goed zicht. Vooral tijdens de nachtwacht is het erg comfortabel en geeft het een enorm gevoel van veiligheid ook voor degene die slaapt. We zouden niet anders meer willen. Het was een flinke ingreep maar het was ons dubbel en dwars waard.
De dinghy
‘Je bijboot of dinghy is als je auto’, zeggen we wel eens gekscherend. Daar doe je boodschappen mee, daar verken je je omgeving mee, daarmee bezoek je andere zeilboten, enzovoort.
Wij wilden per se een hypalon RIB hebben waarmee je makkelijk in plané komt. Hypalon, omdat deze bestand is tegen de tropenzon. En we wilden hem laten planeren omdat je actieradius enorm wordt vergroot en je veel minder nat wordt op wilder water. PVC-boten vallen na verloop van tijd uit elkaar omdat de UV-straling moordend is voor dit soort boten. Het lukte ons om tweedehands een prachtige (oranje) Joker 315 te kopen met een onverwoestbare Yamaha 15 pk 2-takt.
En waarom een 2-takt? Die zijn lichter en veel minder storingsgevoelig. Ook hier zijn we enorm blij mee. De vraag is echter alleen waar je dat vervolgens allemaal laat. Op het voordek past hij niet vanwege onze kotterfok en babystag. Een dinghy van 2,4 meter zou daar net tussen kunnen. We wilden echter groter. Ook ons uitzicht vanuit de stuurhut zou belemmerd worden hierdoor. In de davits is ook niet ideaal met zwaar weer. Dan slingert en schommelt de dinghy alle kanten op. Na veel denkwerk hebben we achterop het schip een soort RVS ‘dinghystoel‘ laten maken waarop we de boot hijsen en stevig kunnen vastsjorren. Dat bevalt erg goed. Helaas kunnen we hierdoor geen windvaanzelfstuurinrichting plaatsen. Die keuze hebben we enigszins contrecoeur moeten maken.
Autopilot
Eigenlijk wilden we een autopilot én een windvaan. Op onze vorige reis (1989-2000) heeft de windvaan zijn diensten ruim bewezen. We wilden eigenlijk nooit meer zonder een windvaan een oceaanoversteek maken. Het was echter kiezen of delen, een grote bijboot of de windvaan. Wij kiezen om te reizen in een relaxed tempo. Het grootste deel van onze tijd liggen we voor anker en maken we dankbaar gebruik onze dinghy, dus de keuze was snel gemaakt.
Onze B&G hydraulische autopilot heeft het tot nu toe uitstekend gedaan en het stroomverbruik valt enorm mee. Het is een druk op de knop en klaar. Zelf sturen doen we alleen bij aankomst en vertrek. We hebben voor alle onderdelen een reserve bij ons, mocht er onderweg iets stuk gaan. Qua investering is dit een stuk minder dan een windvaan. Kortom, hier hebben we vooralsnog geen spijt van.
Energie
Wat energieverbruik betreft zijn we wel een grootverbruiker. Met een 90 liter vriezer aan boord en twee koelkasten (130 en 50 liter) trekken we er aardig wat ampères doorheen. Dit hebben we onderschat. We dachten dit met 620 watt zonnepanelen wel op te kunnen vangen. Dit bleek echter te weinig.
In de tropen zijn de dagen kort dus het aantal uren dat je panelen lekker laden valt tegen, en er is nogal eens bewolking. Door de warmte verbruiken ook je koelkasten het dubbele van wat je gewend bent in Nederland, ondanks goede isolatie. Het resultaat is ook dat je je accu’s te zwaar belast en helaas ‘overlijden’ ze voortijdig. Nooit geweten dat je een accu eigenlijk maar voor 20 tot 30% moet leegtrekken. Ga je dieper dan neemt de levensduur in een rap tempo af. Inmiddels hebben we 200 watt aan panelen bijgeplaatst (in totaal nu 820 watt) en de accubank flink vergroot. Ik word erg blij als ik de panelen 50 ah (12 volt) zie laden als de zon volop schijnt. De huidige prijs/prestatie van zonnepanelen is indrukwekkend. We hebben geen windgenerator aan boord. Daar hebben we slechte ervaring mee. Lawaai, gevaar, trillingen en kostbaar. Op een rustige ankerplek doet-ie weinig tot niets.
Als het moet, kunnen we bijladen met onze Honda 2000 benzine generator. De luxe die je wilt is natuurlijk een keuze. Met rode oortjes lees ik wel eens de boeken van Elly Koopmans die niet eens een koelkastje aan boord had. Zo kan het ook natuurlijk.
Koken
Toen we ons schip kochten was het uitgerust met een prachtig Wallas dieselkookplaat en een geweldige heteluchtoven. Technisch zijn dit echter best ingewikkelde apparaten en dit leek ons erg kwetsbaar ver van huis. We hebben het apparaat laten zitten en ernaast een gasfornuis ingebouwd. We kregen inderdaad storingen en het apparaat moet nu nagekeken worden. Op gas koken bevalt ons overigens uitstekend. Een degelijke gasinstallatie en een elektrische gaskraan op de tank die we bedienen vanaf het gastfornuis vinden wij voldoende veiligheid geven. We hebben bijna 35 kg gas aan boord en daar kunnen we bijna een jaar mee doen. Vullen is voor ons nog nooit een probleem geweest.
Zeilvoering
We varen met z’n tweeën en hebben geen haast. Comfort en veiligheid staan voorop. Onze nieuwe genua die bij de boot zat, hebben we thuis gelaten. Die vonden we te groot. Geen ruimte aan boord voor zo’n enorme zeilzak. We hebben een high aspect fok laten maken en de kotterfok vergroot. Deze kunnen we beide op lichtgewicht carbonbomen zetten en met boom-en-al oprollen of afrollen. Voordewind geeft dit een geweldige stabiliteit. De oceaan zijn we overgestoken met alleen deze twee fokken. Nooit gijpgevaar wat in onze ogen de veiligheid enorm vergroot. Hoog aan de wind vaart zo’n high aspect heerlijk. En als het hard waait staat zo’n half opgerolde genua nooit mooi. Spinnakers of halfwinders vinden wij gevaarlijk met een kleine bemanning. Zeker op een schip van onze grootte kan zo’n zeil bij plotseling toenemende wind totaal onhandelbaar worden. Dat hebben we ooit ervaren. Dan komen we maar een dag of een paar dagen later aan. Onder de tien knopen wind komen we te kort. Op de Pacific gaan we daar mogelijk tegenaan lopen, maar daar zijn we voorlopig nog niet. Komt tijd, komt raad.
Tot zover een paar onderwerpen over onze schip uitrusting met de voors en tegens. Dit zijn onze ervaringen, er zullen uiteraard heel veel andere meningen en ervaringen zijn in de zeilwereld.
Stel ons gerust vragen over het uitrusten van je schip voor een wereldreis in een reactie bij dit artikel. Tips zijn natuurlijk ook altijd welkom.
Volg onze reis op:
https://linktr.ee/Pitou